Bovenleiding
Ik bouw de bovenleiding weer zelf. Zelfbouw heeft op mijn vorige modelbaan een bijzonder mooi effect gegeven. Rijdraad van 0,3 mm, draagkabel en hangdraden van 0,2 mm fosforbronsdraad. Voor de vorige modelbaan naar voorbeeld van de RhB gebruikte ik Sommerfeldt mastjes. Voor de modeltrambaan zijn de masten zelf gebouwd. Sommerfeldt heeft wel masten voor een trambovenleiding maar niet de juiste voor de HTM. Alleen voor het schaduwstation zijn Sommerfeldt masten nr. 108 aangepast. Voor de tunnelbovenleiding is een spoorstaaf gebruikt.
Achtereenvolgens zijn op deze pagina de volgende onderwerpen omschreven:
- Zelfbouw HTM bovenleidingmasten
- Zelfbouw bovenleidingdraad
- Bovenleidingportalen schaduwstation
- Tunnelbovenleiding
Zelfbouw HTM bovenleidingmasten

De tekening is gemaakt door het meten vanaf afbeeldingen. Profielmaten en bevestiging op de modelbaanondergrond zijn overgenomen van Paul Roos.
Zie Sleutelspoor, Haagse portalen in model
De hoeken tussen draagarmen en mast zijn afhankelijk van de spoorafstand. De meest voorkomende hoek van 45 graden wordt gebruikt bij een spoorafstand van rond de 4 m. Bij een kleine spoorafstand staan de armen meer omhoog gericht, bij een grote spoorafstand staan de armen meer zijwaarts gericht.
Links: Bovenleidingmast HTM, maten in schaal 1:87

Boven: Onderdelen voor de mast:
Messing buizen rond 3 en 4 mm, staaf rond 2 mm.
Voor de draagarmen en de uithouder is T-profiel 1 x 1 mm gebruikt, o.a. verkrijgbaar bij Modelshop Nederland. Deze profieltjes zijn gemakkelijk te buigen. Daarvoor is in de bankschroef wel een geleiding nodig. Ik heb daarvoor een steeksleutel van een gleufje voorzien. Alle boogjes hebben een straal van 5 mm en moeten gebogen worden in een hoek van 45 of 90 graden.


Voor al het soldeerwerk heb ik eenvoudige mallen geknipt uit verschillende diktes karton. Voor de 7 masten bleek dit voldoende. Alles werd gedaan op het bureau onder een loeplamp.
Voor het soldeerwerk is S39 vloeimiddel gebruikt om geen soldeer "bobbels" over te houden. Mijn 18W soldeerbout voldeed voor de dunne T-profielen. Voor soldeerwerk aan de 2 mm staaf gebruikte ik mijn 30W soldeerbout. Om de dikkere 3 en 4 mm buisjes te solderen is nog meer vermogen nodig dat ik niet had. Ik heb die buisjes niet gesoldeerd.


Voor de beugels waarover de draagkabels komen heb ik nietjes 21/4 verkleind naar 4 mm breedte en op de juiste hoogtemaat geknipt.
Loep-lamp-werk op het bureaublad.
Solderen vlakbij kunststof isolatoren laat het kunststof wegsmelten. Naderhand aanbrengen kan ook. De Sommerfeldt isolator 167 sneed ik in meerdere stukjes. Die stukjes zijn vervolgens gehalveerd. Daarna drukte ik die op het nietje en fixeerde deze met secondelijm. De kopjes van de Sommerfeldt isolator zijn op de zijwaartsen geschoven.
De masten zijn geschilderd met Humbrol nr. 28, camouflage grijs. De zijwaartsen blijven voorlopig blank. De Sommerfeldt isolatordeeltjes blijven bruin.


Doorgesneden stukjes Sommerfeldt isolator 167
De armen zijn op de mast vastgezet in een mastbeugel van Sommerfeldt: art.nr. 201 "Knotenblech".
Deze mastbeugel geeft voldoende stabiliteit tegen buigen van de uithouder en de zijwaartse in verticale richting, maar de soldeerverbinding is erg gevoelig voor horizontale verdraaiing. Bij het afspannen van de bovenleidingdraden moet hier goed rekening mee worden gehouden. Als de bovenleiding eenmaal afgespannen hangt blijft alles wel vast zitten.
Voor de steundraden bovenin de mast is 0,5 mm staaldraad gebruikt, de uithouder is met 0,2 mm gitaarsnaar (RotoSound NP010) aan de draagarm vastgezet.
De zijwaartsen zijn gemaakt uit 0,5 mm staaldraad en aan de mast vastgezet in een aangepaste mastbeugel. Aan de uithouder is daarvoor een stukje N-spoor raillas gebruikt.


Het mastgedeelte uit 4 mm buis is in de modelbaan met moeren vastgezet. De 2 mm staaf is in het 3 mm buisje gelijmd met Loctite 648 en steunt in de 4 mm buis op een klein stukje 2 mm staaf onderin. Dat voldoet prima. De 2 mm staaf, met al het andere eraan, blijft op die wijze uitneembaar tot het trekken van de bovenleidingdraad. Pas dan wordt ook dat gedeelte vast gelijmd.
Zelfbouw bovenleidingdraad
Bovenleidingdraad komt in de winter 2025-2026. Ik ga alle draden zelf solderen zoals op mijn vorige RhB modelbaan:

Mijn vorige modelbaan is te zien op mijn Blog:
Fosforbronsdraad van Weichen-Walter
0,2 mm voor de draagkabels en de hangdraden,
0,3 mm voor de rijdraden.
De draad wordt zwart/groen gelakt en is daarna nauwelijks zichtbaar.

Bovenleidingportalen schaduwstation
Het schaduwstation heeft een afneembaar dak. Dat dak wordt later gecamoufleerd met landschap. De hoogte van het dak dient zo laag mogelijk te zijn. Ik laat de 6 mm dikke dakplaat aansluiten op het niveau van de perrons in de keerlus. De onderzijde van de dakplaat ligt daarmee 69 mm boven de spoorstaaf. Dat beperkt de ruimte voor bovenleidingportalen in het schaduwstation.
In het schaduwstation was geen ruimte voor een normaal portaal tussen twee masten. Ik had nog Sommerfeldt trambovenleiding, masten nr. 108, maar die waren te hoog. Ik heb masttoppen en diagonalen weggeslepen. Met een messing U profiel 3,5 mm over de mastarmen blijft er voldoende stabiliteit. Ik heb geen mogelijkheid voor hardsolderen of puntlassen en heb daarom tweecomponenten metaallijm gebruikt.
Met stukjes 1,5 mm U profiel is er ruimte voor de iets hogere mast en komen onderzijde van mastarm en balk op gelijke hoogte.
De tweecomponentenlijm dient geruime tijd uit te harden.
Elk portaal staat tenminste op masten. De lengte van de messing balk is aangepast aan de daarboven te plaatsen dakconstructie.
De op de foto ook zichtbare vrijstaande masten dienen voor beveiliging tegen schade door het dak.
De mastvoeten zijn ook nog eens zodanig in de bodemplaat verzonken zodat de bovenzijde van het portaal 68 mm boven spoorstaaf is.
Ruimte tussen spoorstaaf en bovenleidingdraad wordt daarmee 61 mm.
Tunnelbovenleiding
Op mijn vorige modelbaan was er veel ruimte tussen de verdekte sporen en de plaat er boven. Ik gebruikte Mader tunnelbovenleiding, eenvoudige mastjes met een spoorstaaf, zie mijn RhB Blog. Op de modeltrambaan was daarvoor niet genoeg ruimte. Ik monteerde tijdens de bouw van de modeltrambaan de spoorstaaf rechtstreeks tegen de plaat er boven.

De spoorstaaf ligt plat tegen het hout en is met schroeven vastgezet. Ook zijn afspanpunten gemaakt (aan het eind van de streepjeslijnen) waaraan later de "van buiten komende" rijdraden met een veer worden afgespannen.

Niveauverschil tussen de platen is 8,8 cm.
Ruimte tussen rails en spoorstaaf tegen het plafond is 58 mm.
Aan het plafond zijn twee afspanpunten zichtbaar.